Het Europees Openbaar Ministerie (EOM) heeft 25 invallen gedaan in zes landen in een onderzoek naar BTW-fraude rond gebruikte mobiele telefoons.
De fraude zou een omvang hebben van 19 miljoen euro en spelen rond apparaten ingevoerd uit Hong Kong, de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en de VS. De operatie met codenaam ‘Concertina’ wordt geleid door het EOM in München en wordt naast Nederland gevoerd in Duitsland, Italië, Bulgarije, Slovenië en Malta. Tijdens de doorzoekingen zouden volgens het EOM talrijke documenten, elektronische apparaten en bewijsmateriaal in beslag genomen, evenals 31.500 euro in contanten en cryptovaluta ter waarde van ongeveer 40.000 euro. Verschillende bankrekeningen zijn bevroren, waarbij tot nu toe minstens 88.000 euro is ingehouden.
BTW-carrousel
Bedrijven in verschillende EU-lidstaten hebben volgens de aanklagers vermoedelijk ten onrechte een verlaagd btw-tarief toegepast op de verkoop van tweedehands mobiele telefoons uit de Verenigde Staten en andere niet-EU-landen. Normaalgesproken kan een wederverkoper bij de verkoop van tweedehands goederen, gekocht van particulieren in de EU of verkopers die al volledige btw hebben betaald voor dergelijke items onder voorwaarde margebelasting toepassen. Dan hoeft de wederverkoper alleen btw te betalen over de winstmarge die ze maken, en niet over de volledige verkoopprijs. De onderzochte bedrijven zouden deze bepaling onrechtmatig hebben toegepast door een verlaagd btw-tarief te rekenen wanneer het volledige tarief verschuldigd was. De fraude maakt ook de verkoop van mobiele telefoons tegen een lagere marktprijs mogelijk, en dat is oneerlijke concurrentie.
Volgens het onderzoek werkten vier verdachten tussen 2019 en 2022 samen om belastingautoriteiten in Bulgarije, Duitsland en Slovenië te bedriegen. Ze deden dit door een netwerk van bedrijven op te zetten die betrokken waren bij ogenschijnlijk legitieme intracommunautaire leveringen van goederen, in driehoekige transacties vrijgesteld van btw tot de uiteindelijke bestemming. Het lijkt er volgens het EOM op dat ze hebben geprofiteerd van het feit dat verschillende nationale autoriteiten betrokken waren bij de transactieketen om bewust de uiteindelijke overgang naar margebelasting te verbergen, ondanks dat bekend was dat niet werd voldaan aan de vereisten voor de toepassing van deze belasting.
Het bedrijf in Slovenië kocht de smartphones van bedrijven in Hongkong, de VAE en de VS en verkocht ze vervolgens aan het bedrijf in Bulgarije. De goederen werden vervolgens verkocht aan het onderzochte bedrijf in Duitsland tegen een btw-margetarief. Hetzelfde tarief werd toegepast toen de goederen werden verkocht aan eindklanten in Italië, Finland, Polen en Zweden. Over Nederland doet het EOM geen specifieke uitspraken in het persbericht, anders dan dat het onderzoek ook hier wordt uitgevoerd.
