In Nederlandse huishoudens liggen volgens Fraunhofer naar schatting 27 miljoen smartphones te verstoffen, en dat zegt wat over het gebrek aan inruil.
Hoewel er volop programma’s bestaan om oude toestellen in te leveren, kiezen de meeste mensen ervoor om ze te bewaren. Dat kan omdat ze er nog foto’s op hebben staan. Of uit voorzorg, “voor het geval dat.” Misschien wil je wel een reservetoestel voor als je huidige toestel het begeeft. Dat is iets dat overigens vrijwel nooit gebeurt. En als het gebeurt, kiest het gros ervoor toch weer een nieuwe smartphone aan te schaffen.
Onzekerheid over privacy speelt ook een rol. Een vergeten toestel op zolder voelt veiliger dan een smartphone waarvan je niet zeker weet waar je data eindigt. Daarnaast is de onwetendheid groot: veel mensen hebben geen idee dat ze hun toestel kunnen inleveren voor een vergoeding of dat er veilige recyclekanalen bestaan.
Toch zijn er in Nederland genoeg mogelijkheden. Op papier althans. Retailers als MediaMarkt, Coolblue, Bol en KPN (dat samenwerkt met Recommerce) nemen oude toestellen in en geven er geld of tegoed voor terug. Maar bij navraag willen retailers hier geen interviews over geven. Het is op prijsgebied niet transparant, en universele grading ontbreekt vooralsnog. KPN is nog het verst, maar hun doelstelling is om het percentage van 1 procent ingeruild omhoog te krijgen naar 4 procent. Dat is natuurlijk bij lange na niet genoeg. Bij Odido en Vodafone kijken we ook, maar daar is het zeker niet beter.
Ook kleinere partijen als Fixje bieden inruil aan, net als platforms als Refurbed, Forza Refurbished en Leapp. Voor kapotte toestellen zijn er inzamelpunten bij milieustraten en kringloopwinkels. Let wel: in een smartphone zitten al snel 28 kritische materialen. China, veruit de grootste producent van zulke grondstoffen, hebben al exportbeperkingen gezet op de uitvoer ervan.
Onwetendheid en lage vergoedingen
Toch werkt dit systeem maar half. Veel mensen weten niet dat het bestaat, of vinden het inleveren te veel gedoe. Ook de geboden vergoeding valt vaak tegen, zeker bij oudere modellen. Winkels communiceren weinig over de voordelen en voorwaarden van hun inruilprogramma’s, waardoor drempels blijven bestaan. De motivatie ontbreekt, en zonder duidelijke stimulans blijft de la dicht.
Het helpt ook niet dat de overheid geen beleid lijkt te hebben. Stichting Open lijkt alleen oog te hebben voor het verwerken van kapotte apparaten. Daarvoor loopt een langlopende nationale reclamecampagne via Wecycle. Waarom kan er niet een grotere nationale campagne gevoerd worden voor het opknappen van werkende smartphones in de keukenlade? Een derde van de ongebruikte smartphones is nog geen drie jaar oud en kan nog worden gerefurbished.
Wat ontbreekt is een brede push die niet alleen uitlegt hoe het werkt, maar ook aankaart waarom het belangrijk is. Hergebruik is goed voor de portemonnee en voor het milieu. Door heldere communicatie, betere samenwerking tussen winkels en gemeenten, en simpelweg meer gemak kunnen we miljoenen apparaten uit de vergetelheid halen. Daarom wil de redactie van Circulaire-IT wel eens weten: wat gaan we doen? Alle suggesties zijn welkom.