Er hebben zich de laatste weken verschillende doorbraken voorgedaan op het gebied van batterijtechnologie, en de eerste lithiumchemische installatie is geopend.
Het bedrijf DESTEN heeft recent een ultrasnelle 6C LFP (Lithium-IJzer-Fosfaat) cel geïntroduceerd die die slechts zes minuten nodig heeft om van 20 procent naar 80 procent op te laden. Hierdoor krijgen netwerken toegang tot kortdurende opslag tegen een lage kostprijs/kWh met verbeterde veiligheid, aldus DESTEN. “Onze nieuwste technologische doorbraak heeft het potentieel om transport- en energieopslagtoepassingen te revolutionaliseren”, aldus Bader Al-Rezaihan, CEO en voorzitter van DESTEN.
Zoutbatterij
Dat nieuws werd snel opgevolgd door het nog veel grotere nieuws dat Northvolt, een Zweedse producent, een natrium-ionbatterij heeft ontwikkeld. Deze kan volgens het bedrijf 160 wattuur per kilogram opslaan, en dat is een veel grotere energiedichtheid dan tot nu toe mogelijk was zonder terug te vallen op kritische materialen als kobalt of lithium.
Dat is weliswaar nog steeds lager dan het geval is met li-Ionbatterijen en maakt de technologie nog steeds niet geschikt voor mobiele apparaten of elektrische voertuigen. Maar het is wel geschikt voor bulkopslag voor bijvoorbeeld gebouwen.
Lithium uit geothermische bron
Als laatste heeft Vulcan ’s werelds eerste lithiumchemische installatie geopend, volledig lokaal geproduceerd met een netto nul CO2-voetafdruk, wat de Europese lithiumvoorziening voor elektrische voertuigen beveiligt.
Met de geavanceerde ontwikkeling van hun eigen sorbent, VULSORB, beweert Vulcan dat ze lithium op een efficiënte manier kunnen halen uit geothermische warmtebronnen. Hierdoor kan Europa lokaal geproduceerd lithium verkrijgen op een CO2-neutrale manier.
Alle drie de doorbraken zijn vooral gericht met elektrische mobiliteit en bulkopslag in het achterhoofd. Maar het kan er wel toe leiden dat er meer lithium en andere materialen overblijven voor gebruik in mobiele apparaten. En dat zou een zorg minder moeten zijn.